11 september 2008

Lars Elstrup, de twintigste na Ove

Toen ik opgroeide in de jaren tachtig en net als vier miljoen anderen naar Wedden Dat…? keek, zag ik een man die aan het horen dichtslaan van een autodeur het merk kon herkennen.
Wat een non-kennis zit er in zijn hoofd! Inmiddels ben ik erachter gekomen dat ik mezelf op dit vlak ook niet onbetuigd laat. Zo merk ik mijn schrik dat ik dat uitslagen en doelpuntenmakers en andere curiosa van Feyenoord uit de periode 1985-1993 nog steeds uit mijn hoofd ken. Ik lepel moeiteloos op dat de eerste club van Lars Elstrup Randers Freja heette en dat hij zijn eerste competitiedoelpunt scoorde tegen PEC Zwolle. (En Blinker debuteerde die wedstrijd en Foeke Booy en Aziz Doufikar scoorden voor de uitploeg en op de tweede ring zaten geen mensen en…nou ja, daar gaat het nu even niet om).
Hoe ik dat weet? Ik zat als mannetje van dertien in het stadion en Lars heeft het me zelf verteld, op een regenachtige novemberochtend in 1987. Ik mocht hem interviewen voor de schoolkrant. Nou ja, interview, het was meer een ‘profiel’, zoals je ze nog steeds in de VI kunt lezen: Huisdieren, Mooiste club, Favoriete muziek, dat soort ongein. Van Heineken had hij trouwens nog nooit gehoord, laat staan dat hij wist dat de bierbrouwer kort daarvoor ontvoerd was geweest.
Ik weet niet waarom, maar ik had een zwak voor Elstrup, dat was waarschijnlijk de reden waarom ik hem had uitgekozen als lijdend voorwerp van mijn oppervlakkige vraaggesprek. Als een soort opmaat naar het mega-interview met Joop Hiele, dat er overigens nooit van kwam.
De Deense spits was in de zomer van 1986 aangetrokken als de twintigste opvolger van Ove K. En omdat ook toen al Stevie Wonder bij Feyenoord de functie van Hoofd Scouting bekleedde, kon het gebeuren dat een jonge diepgaande middenvelder - die slechts een half jaartje op het hoogste niveau had gespeeld- het shirt met het ‘gedoemde’ nummer 9 om zijn schouders kreeg. Enkele maanden ervoor was het nog door zijn landgenoot John Eriksen gedragen en die had er toch mooi in één seizoen 21 goals ingelegd.
Het shirt was te zwaar, of de schouders van Elstrup waren te broos om de loodzware erfenis mee te zeulen. De gevoelige Deen aardde niet, scoorde letterlijk maar een handjevol doelpunten en kreeg het (in Rotterdam vaker op het voorhoofd van een spits geplaatste) stempeltje ‘Niet OK’. Ondanks een redelijk tweede seizoen als middenvelder mocht de goeierd uitzien naar een andere club. Zoals wel vaker bij ex-Feyenoord spelers, ontpopte hij zich tot international en werd in 1992 zelfs Europees kampioen. Kort daarop stopte hij plotseling met voetballen en wierp zich in een sekte. (Een dispuut over de bezoekregeling van zijn hond voorkwam dat hij daar nu nog steeds zit). Daarna ging het helemaal mis en deed hij zelfs een zelfmoordpoging. De laatste keer dat Elstrup het nieuws haalde, was dat omdat hij in de drukste winkelstraat van Kopenhagen zijn piemel liet zien aan voorbijgangers. Voer voor psychologen: Ik wacht dan ook met smart op de correlatie tussen Kuipvrees en Exhibitionisme!

Geen opmerkingen: